null

Makkelijker lakken met de Wob

Het beoordelen van documenten naar aanleiding van een WOB-verzoek kan nogal wat werk op leveren. Dat vele werk is alleen geen reden om informatie niet openbaar te maken. Het beoordelen van documenten en het lakken van onderdelen daaruit moet dus gebeuren. Recent werd in een blog al melding gemaakt van een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (Afdeling) waarbij zij een eerdere lijn in de rechtspraak - over het beoordelen van persoonlijke beleidsopvattingen in documenten van intern beraad - nader preciseerde. Opvallend was daarbij dat de feiten die in zo'n document staan al snel kunnen 'meeliften' met de persoonlijke beleidsopvattingen. De feiten worden daarmee ook niet openbaar. Een uitspraak van 28 februari jl. wekt de indruk dat de Afdeling een dergelijke manier van beoordelen van documenten breder van toepassing acht. Een bespreking waard.

Beoordeling van documenten

Redelijk vaste rechtspraak bij de WOB is dat documenten die vallen onder het bereik van een WOB-verzoek integraal beoordeeld moeten worden. Ieder aspect moet worden bezien of een van de weigeringsgronden van de WOB van toepassing is op delen uit de documenten. Is dat aan de orde, dan moet (bij de absolute weigeringsgronden van artikel 10 lid 1 en beperkingen van artikel 11) of mag (bij de relatieve weigeringsgronden van artikel 10 lid 2) die informatie geheim blijven. Die beoordeling ging soms tot op de komma.

Feiten en persoonlijke beleidsopvattingen

Bij documenten van intern beraad worden dus persoonlijke beleidsopvattingen beschermd. Artikel 11 zorgt ervoor dat die niet openbaar gemaakt worden. Al langer was hierbij de rechtspraak dat feiten in zo'n document, die verweven zijn met die opvattingen, evenzeer geheim konden blijven. Zoals beschreven in het eerdere blog maakte de Afdeling op 31 januari jl. duidelijk dat of sprake is van verwevenheid, moet worden vastgesteld op het niveau van het ‘zelfstandige onderdeel’ van een document.

Ook andere weigeringsgronden te beoordelen op het 'zelfstandig onderdeel' van een document

Eind februari lijkt de Afdeling deze wijze van beoordelen in algemene zin voor te staan. In die kwestie ging het immers om de vraag of het belang van het voorkomen dat de opsporing en vervolging van strafbare feiten zou kunnen worden gefrustreerd door openbaarmaking van gegevens die opsporingsambtenaren of het Openbaar Ministerie inmiddels hebben vergaard aan de orde was. Het ging in dit geval om documenten of delen van documenten die inzichtelijk maken op welke wijze mobiel banditisme wordt aangepakt.

De verzoeker meende dat bij diverse passages van één of enkele zinnen de openbaarmaking ten onrechte was geweigerd. Ook nu stelt de Afdeling dat in beginsel per zelfstandig onderdeel van een document, zoals een alinea, moet worden beoordeeld of het belang van openbaarmaking opweegt tegen het belang van - in dit geval - opsporing en vervolging van strafbare feiten. Een bestuursorgaan hoeft niet binnen een zelfstandig onderdeel per zin of zinsdeel te bepalen of de weigeringsgrond zich voordoet indien aan de zin of het zinsdeel slechts betekenis toekomt in samenhang met de overige inhoud van dit zelfstandige onderdeel.

Alles is openbaar, veel is (makkelijk) te weigeren

Daarmee lijkt dus in meer algemene zin het beoordelen van documenten makkelijker te worden. Minder uitvoeringslasten waarover nogal eens wordt geklaagd door de behandelaars van WOB-verzoeken. Keerzijde is dat een dergelijke beoordeling sneller zal leiden tot het geheim houden van delen uit die documenten. De beoordeling tot op de komma is immers minder snel aan de orde.